Burggarten

De naam is eigenlijk misleidend, want 12e eeuwse kastelen hadden geen tuinen. De juiste naam zou eigenlijk "de tuinen op de plaats van het kasteel" moeten zijn. Dit is de plaats waar de koninklijke familie van Hohenstaufen in 1142 haar keizerlijke kasteel vestigde. Koning Conrad III regeerde van hieruit over zijn koninkrijk, maar was de enige heerser die het kasteel van Rothenburg gebruikte. Omdat zijn zonen relatief vroeg stierven, verloor het kasteel al snel zijn belang, maar niet voordat het het zaad had gevormd voor de ontkieming van de stad.

Vanaf het kasteel verspreidde de nederzetting zich over de heuvel, tot het in 1400 een van de tien grootste steden van het Heilige Roomse Rijk was geworden, met een bevolking van meer dan 6.000 inwoners. In 1356 verwoestte een aardbeving het burchtcomplex en werden de stenen van de ruïnes - destijds een waardevol goed - gebruikt voor de bouw van de stadsmuren. Alleen de kapel van St. Blaise werd na de beving gerenoveerd. Oorspronkelijk was dit gebouw echter geen kapel, maar eerder het "Hertogelijk Huis", waarschijnlijk het conferentiegebouw waar de koning zijn gasten ontving. Het gebouw was na de renovatie gewijd als kapel en dient nu als monument voor de gevallenen van de twee wereldoorlogen. De kapel van de heilige Blaise is ook de plaats van de herdenking van de pogrom van 1298, waarvan het origineel is in het keizerlijke stad Museum.